Veelgestelde vragen

VLR heeft tijdens de Algemene Ledenvergadering van september 2000 besloten af te stappen van de jaarlijkse indexering. Deze indexering is gebaseerd op een in de VLR-onderhoudsvoorwaarden opgenomen formule met CBS cijfers, waarnaar in de voorwaarden zelf werd verwezen.

Individuele liftonderhoudsbedrijven zijn uiteraard altijd vrij geweest in de bepaling van de hoogte van het indexeringspercentage. De uitkomst van de formule leidde er echter toe dat bedrijven een gelijk percentage wensten te hanteren. Dit zorgde voor een ongewenst beeld, aangezien er op dat moment volop werd ingezet op maatschappelijke ontwikkelingen ten aanzien van de thema’s consumentenvrijheid en mededinging.

Wij wensen ons als branchevereniging niet bezig te houden met de verschillende door de individuele liftonderhoudsbedrijven gehanteerde prijzen, ongeacht of deze bedrijven lid zijn van VLR of niet. Voor meer informatie verwijzen we je graag door naar de individuele liftonderhoudsbedrijven.

De periodieke keuring door een van de instanties voldoet aan de wetgeving om de lifttechnische veiligheid te waarborgen. Hierbij wordt gekeken naar de datum waarop de lift is geïnstalleerd en wordt de lift getoetst aan de oude wetgeving die toen gold.

Dit betekent dat oudere liften bij goedkeuring lifttechnisch veilig zijn, maar de veiligheid naar de sindsdien voortgeschreden stand van de techniek veiliger zou kunnen. Gezien het geringe aantal ernstige (dodelijke) ongevallen, wenst de overheid vooralsnog niet over te gaan tot implementatie van nieuwe wetgeving, waardoor ook de oudere liften aan de nieuwste veiligheidseisen dienen te voldoen. Het komt dan op het verantwoordelijkheidsbesef en goed rentmeesterschap van de eigenaar van een oudere lift aan, om deze lift op één of meerdere punten aan te passen aan de stand der techniek en hoogste veiligheidseisen.

Indien de door jouw beheerde liften vóór 1 juli 1999 zijn geïnstalleerd, raden wij je aan je vrijblijvend te laten informeren door een liftonderhoudsbedrijf over een mogelijke veiligheidsupgrade van jouw liften.

• Tip 1: Neem offertes van je liftbedrijf serieus. Als tijdens onderhoud gebreken worden geconstateerd, ontvang je vaak een offerte om dit te verhelpen. Gepland onderhoud is vaak goedkoper dan ongepland onderhoud en het voorkomt veel ergernissen.
• Tip 2: Twijfel je over de aangeboden offerte? Vraag dan een liftadviseur om de offerte te beoordelen.
• Tip 3: Kies het juiste liftbedrijf. VLR-leden houden zich aan de Europese regels om andere liftbedrijven van onderdelen te voorzien.
• Tip 4: Inventariseer samen met jouw liftbedrijf welke cruciale onderdelen tot stilstand kunnen leiden en wat de levertijd is. Soms is het verstandig samen afspraken te maken om een voorraad aan te houden.
• Tip 5: Als je liften moderniseert, vraag jouw liftbedrijf dan om afkomende onderdelen die moeilijk leverbaar zijn en die gebruikt kunnen worden om liften uit jouw bestand op voorraad te nemen of om deze in je eigen magazijn op te slaan.
• Tip 6: Veel liftbedrijven hebben een voorraad oude onderdelen. In het kader van circulariteit is dit zeer aan te moedigen, maar het loont ook de moeite om overleg te hebben om deze onderdelen goed in kaart te hebben voor calamiteiten.

Ja, er zijn artikelen in de normen die dit aangeven. Zo geeft de liftennorm het volgende aan:

• Bevoegd persoon
  persoon die toestemming heeft van de natuurlijke of rechtspersoon die verantwoordelijk is voor de werking en het gebruik van de lift om zones met beperkte toegang (machineruimten, schijvenruimten en liftschacht) te betreden voor onderhoud, inspectie of reddingsoperaties
• Deskundig persoon
  persoon die een geschikte opleiding gevolgd heeft, gekwalificeerd is door kennis en praktische ervaring, die over de nodige instructies beschikt om de vereiste handelingen voor onderhoud of inspectie van de lift veilig uit te voeren, of voor het redden van gebruikers

Je moet dus zowel geautoriseerd zijn (toestemming hebben), maar ook zeker deskundig zijn. De servicemonteurs zijn deskundige personen en kunnen worden ingezet om andere personen te begeleiden. Als alternatief kan het uitvoerend bedrijf zelf zorgen voor voldoende deskundigheid door hun personeel training te laten volgen voor het betreden van liftschachten en -machinekamers.

In steeds meer gebouwen met meerdere vloerniveaus worden voorzieningen aangebracht voor verticaal transport. Deze behoefte ontstaat meestal in gevallen dat men de diverse niveaus toegankelijk wil maken voor personen in een rolstoel of voor hen die anderszins fysieke problemen hebben met het traplopen. Uiteraard is dit slechts een deel van de mogelijke aanleidingen om een verticaal vervoermiddel toe te passen. Maar wel leidt het vaak tot het dilemma, welke oplossing het best in aanmerking komt gezien zijn bruikbaarheid, veiligheid en kosten.

Om de eigenschappen van beide typen liften inzichtelijk te maken, helpen we je middels dit artikel graag verder.

De verplichting tot het hebben van een spreek-luisterverbinding (telefoon / intercom) komt voort uit de vervaardigingsnormen die golden ten tijde dat de lift in gebruik werd gesteld:

• Bij oude liften tot 1986 hoeft er geen spreek-luisterverbinding aanwezig te zijn;
• Bij liften vanaf 1986 is dat wel het geval. In dat geval moet deze ook zijn voorzien van een noodstroomvoorziening zodat de verbinding blijvend werkend is;
• Vanaf 2003 is de NEN-EN 81-28 toegepast waarmee aanvullende eisen worden gesteld zoals herkenning bij de alarmcentrale, een automatische 3-daagse test en filtering of de alarmmelding terecht is (zoals geopende deuren). Met deze aanvullende eisen is toepassing van een reguliere GSM te niet realiseren.