Gerard van Dijk, directeur Lift2Build en sinds juni 2024 officieel aangesloten bij VLR, is volgens eigen zeggen een echte dinosaurus in de liftwereld. Het kersverse lid is sinds 1991 actief in de liftindustrie en heeft op verschillende posities gewerkt, van nieuwbouwmonteur tot directeur. Na 26 jaar actief te zijn geweest voor KONE, begon het ondernemerschap te kriebelen en nam hij een groot deel van de aandelen van Van den Beemd Stalen Liftschachten B.V. over. Met de toevoeging van Lift2Build als BV onder de holding kwam het VLR-lidmaatschap in zicht. Wij spraken met Gerard over de uitbreiding en ambities van het bedrijf, het belang van veiligheid, de wet- en regelgeving om hieraan te voldoen en tot slot de rol die VLR hierin kan spelen.

Uitbreiding bedrijf
Gerard vertelt over zijn loopbaan in de liftwereld: “Ik ben begonnen als nieuwbouwmonteur bij KONE en heb in die 26 jaar diverse posities mogen bekleden. Ook heb ik drie jaar op de Filipijnen gewerkt. De werkcultuur was daar heel anders dan in Nederland, dus toen ik terugkeerde moest ik weer netjes het pad volgen. Er begon iets in mij te kriebelen en zo kwam Van den Beemd op mijn pad. Hun corebusiness was staal- en liftschachten met een stukje demontage. Dat laatste stuk is met de toevoeging van Lift2Build als BV onder de holding Van den Beemd toegevoegd. Onder dit bedrijf vallen nu nieuwbouwmontages, modernisering, reparaties, demontages en het dienstverlenende pakket voor de liftindustrie. In oktober draait Lift2Build een jaar en zitten we nu op een kleine 25 man.”

Samen optrekken
Met het toevoegen van Lift2Build kwam ook een lidmaatschap bij VLR op de radar van Gerard: “Ik kende VLR al een lange tijd. Bij KONE werkte ik samen met Rudi van Seters en kwam ik al veel in contact met de branche. Door de overname van Lift2Build was er een impuls waar we iets mee moesten doen. Ik zie ook zeker de meerwaarde van het lidmaatschap om gezamenlijk acties op te pakken. Zo vind ik het veiligheidsaspect erg belangrijk. Het moet voor een monteur wel mogelijk zijn om een installatie binnen de gestelde tijd veilig te demonteren. Dat is in de praktijk nog wel eens lastig. Ik ben daarom benieuwd hoe andere VLR-leden hierin staan en wat we met dit onderwerp kunnen.” Daarnaast heeft Gerard nog een ander idee op het gebied van veiligheid: “De veiligheidstrainingen zijn nu per bedrijf, waardoor wij met 25 man bij vier of vijf bedrijven een training moeten volgen. Met een algemene training kunnen we veel geld en tijd besparen. Met name dat laatste is erg prettig gezien de personeelstekorten.”

Internationale veiligheidsnorm
Gerard is binnen zijn bedrijf actief bezig met het voldoen aan de verschillende veiligheidsnormen. Naast de VCA die verplicht is voor personen, richt Gerard zich ook op de bedrijfscertificering: “Wanneer je zaken in het buitenland doet, kunnen de veiligheidsnormen nog wel eens verschillen. Ik wil daarom met het bedrijf ISO45001 gecertificeerd zijn. Dit is een internationale veiligheidsnormering, te vergelijken met de VCA maar dan op internationaal gebied. Eind dit jaar krijgen we een audit en zijn we als het goed is gecertificeerd. Mochten we dan zaken gaan doen in het buitenland, dan zijn we internationaal geaccrediteerd en voldoen we overal aan.” Op de vraag of hij de ambitie heeft om zaken in het buitenland te doen, zegt hij het volgende: We kunnen ons brood hier goed verdienen, dus ik zit er niet op te wachten om met onze installaties naar het buitenland te gaan. Wel kan het zo zijn dat we binnen specialismen, waar de schaarste al enorm is, een buitenlandse aanvraag krijgen. Dan sta ik er wel voor open. We doen nu wat opdrachten in Duitsland, België en Duitsland en met de internationale norm kun je daar veel meer dan enkel een VCA.”

Feeling met de techniek
Als het gaat om ambitie, zou Gerard zijn bedrijf wel verder willen uitbreiden: “Ik zou er morgen vijftien man bij willen hebben, omdat ik voor twintig man werk heb. Ik zou dus nog wel wat groter willen, maar de mensen heb ik op dit moment niet. Wel heb ik er gelukkig recentelijk vier kunnen aannemen in korte tijd.” Of salaris bij nieuwe medewerkers doorslaggevend is, geeft Gerard aan: “De mensen die wij aannemen, hebben wel echt feeling met techniek. Ze hebben vaak mechatronica gedaan en denken het vak leuk te vinden. Vervolgens komen ze bij ons en moeten ze gaan ontdekken of dit ook daadwerkelijk zo is. Het gaat dus niet alleen om salaris, maar ze moeten het ook een leuke baan vinden en er energie uit halen. Daarnaast is de sfeer op de werkvloer belangrijk. Ook attenties zoals personeelsuitjes, een kerstpakket of een persoonlijk praatje dragen daaraan bij.”

Aantrekken en opleiden personeel
Op de vraag of het lastig is om aan personeel te komen, zegt Gerard: “We krijgen er weer wat jonge mensen bij, maar we werken ook veel met Poolse mensen. Ik denk dat zeker 70% van ons personeel Pools is. Ook daar liggen de medewerkers niet meer voor het oprapen. Bovendien zie je een verschuiving in de gehele economie als het gaat om vergoedingen, waardoor het niet meer veel goedkoper is. De keuze is echter wel breder en de werkethiek is prettiger, bijvoorbeeld als het om weekenddiensten gaat. Wel zorgen we er altijd voor dat minimaal één van de twee medewerkers Engels- of Nederlandstalig is, om ons op locatie communicatief verstaanbaar te maken.” Gerard zorgt ervoor dat het Poolse personeel ook trainingen volgt om aan alle eisen te voldoen, maar ook om ernstige ongelukken te voorkomen: “De Richtlijn Demontage Lift wordt nooit gebruikt en er is nauwelijks aandacht voor. Dit betekent dat iedereen zomaar een lift kan demonteren als hij of zij in het bezit is van een VCA. Niet alle partijen zijn zo accuraat om bij een opdracht na te lopen of de juiste mensen het werk uitvoeren. Dit is levensgevaarlijk! Daar ligt wat mij betreft een stuk verantwoordelijkheid van onze kant richting VLR en vanuit VLR de taak om hier iets mee te doen.”